Ga direct naar:
Close

Keukens

Type gerechten

Menu
Zoeken

Pitjel

Pitjel
Pitjel

Pitjel

Het Surinaams-Javaanse groentegerecht pitjel bestaat uit beetgaar gekookte of gestoomde groenten – liefst dagoeblad, taugé, kousenband en kool – die worden geserveerd met een lauwwarme, pittige pindasaus. Erbij verschijnt vaak Surinaamse nasi of witte rijst op het bord. Pitjel wordt gezien als een salade.

Wat is pitjel?

Het Surinaams-Javaanse groentegerecht pitjel, ook wel petjel of petjil genoemd, bestaat uit beetgaar gekookte of gestoomde groenten die worden geserveerd met een lauwwarme, pittige pindasaus. Pitjel hoort verschillende groenten te bevatten, liefst verschillend in kleur (van donkergroen naar lichtgroen en wit) want het oog wil ook wat. Van oorsprong zorgt dagoeblad (waterspinazie, heet ook wel kangkung) voor de donkere tint en taugé voor het wit. Kousenband en kool (wittekool, spitskool) zorgen voor de tussenliggende kleurschakeringen. Erbij verschijnt vaak Surinaamse nasi of witte rijst op het bord. Pitjel wordt gezien als een salade en wordt lauwwarm of koud geserveerd.

Pitjel is een een-tweetje tussen de Surinaamse en de Indonesische keukens: het is een lokale versie van het Javaanse gerecht pecel en heeft ook veel weg van Indonesische gadogado. Indonesische contractarbeiders, die na de afschaffing van de slavernij, aan het eind van de negentiende eeuw, van Nederlands-Indië naar Suriname werden gehaald om op de plantages te werken, gaven de Surinaamse keuken een Indonesisch tintje. Hoewel je het ook andersom kunt bekijken: de Surinamers adopteerden de gerechten die de diverse groepen immigranten met zich meebrachten en gaven deze juist een Surinaams tintje. Hoe dan ook, de influx van contractwerkers gaf culinair Suriname een interessante impuls, die je terugziet in gerechten als pitjel, maar ook in Surinaamse bami en saoto, de Surinaamse versie van Indonesische soto ajam.

Bereiding

Het Surinaams-Javaanse groentegerecht pitjel, ook wel petjel of petjil genoemd, bestaat uit beetgaar gekookte of gestoomde groenten die worden geserveerd met een lauwwarme, pittige pindasaus. Pitjel hoort verschillende groenten te bevatten, liefst verschillend in kleur (van donkergroen naar lichtgroen en wit) want het oog wil ook wat. Van oorsprong zorgt dagoeblad (waterspinazie, heet ook wel kangkung) voor de donkere tint en taugé voor het wit. Kousenband en kool (wittekool, spitskool) zorgen voor de tussenliggende kleurschakeringen. Erbij verschijnt vaak Surinaamse nasi of witte rijst op het bord. Pitjel wordt gezien als een salade en wordt lauwwarm of koud geserveerd.

Pitjel is een een-tweetje tussen de Surinaamse en de Indonesische keukens: het is een lokale versie van het Javaanse gerecht pecel en heeft ook veel weg van Indonesische gadogado. Indonesische contractarbeiders, die na de afschaffing van de slavernij, aan het eind van de negentiende eeuw, van Nederlands-Indië naar Suriname werden gehaald om op de plantages te werken, gaven de Surinaamse keuken een Indonesisch tintje. Hoewel je het ook andersom kunt bekijken: de Surinamers adopteerden de gerechten die de diverse groepen immigranten met zich meebrachten en gaven deze juist een Surinaams tintje. Hoe dan ook, de influx van contractwerkers gaf culinair Suriname een interessante impuls, die je terugziet in gerechten als pitjel, maar ook in Surinaamse bami en saoto, de Surinaamse versie van Indonesische soto ajam.

How to eat

Je kunt pitjel eten als vegetarisch hoofdgerecht met rijst of nasi, of als bijgerecht bij bijvoorbeeld kipsaté. Je geeft er makkelijk een Indische twist aan door er kroepoek, een gekookt eitje of tempeh bij te serveren.

Probeer ook eens

De gouden combi van knapperige groenten en lekkere pindasaus vind je terug in gadogado. Pindasoep is een ander Surinaams gerecht waarin de pinda centraal staat.

Ontdek ook deze gerechten

Wie bezorgt Pitjel bij jou in de buurt?

Voer je postcode in